woensdag 18 februari 2015

Moedertaal II

Mijn moedertaal is Nederlands. Man´s moedertaal is Spaans. De moedertaal van onze kinderen? Opgroeiend in een Spaanstalig land in een Spaans sprekend gezin, is Spaans volgens henzelf hun moedertaal. Ze spreken het vloeiend, begrijpen alles en lezen en schrijven het uitstekend. Toch is technisch gezien hun Engels van een hoger niveau. Op school krijgen ze een paar uur per week les in Spaans als vreemde taal. Verder worden alle lessen in het Engels gegeven en is het Engels dus zeven uur per dag hun voertaal. Maar vraag ze wat hun “eigen taal” is, en ze zeggen zonder aarzelen Spaans. Mochten we over een half jaar in een land terecht komen waar Spaans niet de voertaal is, dan is er dus werk aan de winkel. Dan is het aan ons ouders om te zorgen dat ze hun moedertaal ook grammaticaal en wat woordenschat betreft blijven verbeteren en uitbreiden. Ik voorzie een schone taak voor vader. Ze hebben het Spaans duidelijk in hun genen zitten en hoewel mijn Spaans uitstekend is, zijn ze nu al prima in staat om mij waar nodig grammaticaal te verbeteren. Hetgeen ze hilarisch vinden, uiteraard.

Engels is de schooltaal. Toch sluipt het Engels ook steeds meer het buitenschoolse leven binnen. De hoeveelheid huiswerk neemt toe, en dus neemt het Engels aan de keukentafel na school ook toe. De kinderen hebben niet Spaans sprekende vriendjes met wie ze buiten schooltijd in het Engels spelen. Waar zoon een aangeboren vanzelfsprekendheid voelt voor het Spaans, is dochter´s voorkeurstaal het Engels. De boel bestieren in keurig Brits Engels, waarbij indien nodig geacht, de bevelen moeiteloos worden herhaald in het Spaans.

Het Nederlands is de derde taal. Als ik alleen ben met de kinderen, spreek in Nederlands met ze. Tenzij ik echt boos ben, want dan begrijpen ze me niet, beweren ze. In die situaties maak ik mijzelf duidelijk in het Spaans. Principes zijn er om van af te wijken. Ze praten lang niet altijd terug in het Nederlands en dat eis ik ook niet van ze. Opmerkelijk genoeg beschouwen ze het Nederlands niet als de taal van hun moeder. Voor onze kinderen is Nederlands de taal van oma. Ook al is hun Nederlands verre van vlekkeloos, oma en kleinkinderen begrijpen elkaar volledig. Zoon´s zinsopbouw kopieert hij van het Spaans. Zijn woordenschat is niet altijd toereikend. Ook dochter zet de woorden in niet-Nederlandse volgorde en hoewel ze de ui eu oe ou au goed beheerst, spreekt ze Nederlands met een buitenlands accent, waarbij met name de e en de z het moeten ontgelden. Ze klinkt buitengewoon schattig in het Nederlands. Af en toe willen ze ook nog wel eens iets schrijven in het Nederlands. Nou begrijpen ze het Nederlands uitstekend, spreken ze het aardig en lezen ze het redelijk, maar Nederlands schrijven gebeurt volledig op z´n Engels. Hun Nederlandse schrijfsels moet je dan ook met je verstand op Engels hardop lezen. Op die manier, maar dan ook alleen op die manier, is het prima te begrijpen. Zo schreef dochter onlangs een uitnodiging. "Liefe oma, come jey snel by ons op bezook? Dat zow zo fine zine!"

We hebben er vorig jaar wel over nagedacht. Of we de kinderen serieus aan Nederlandse les zouden onderwerpen. Na lang wikken en wegen hebben we besloten dit niet te doen. De kans dat ze op een gegeven moment in het Nederlandse onderwijs moeten instromen is bijzonder klein. Mochten ze ooit, later, in Nederland willen studeren, dan is er een keur aan Engelstalige studies voorhanden. Zo jong als ze zijn, hebben ze al een aanzienlijke hoeveelheid dagelijks huiswerk. Bovendien is de kans groot dat ze in een volgend land op school als vreemde taal Frans, Russisch of Arabisch zullen moeten leren. Genoeg werk dus. Er moet ook tijd over blijven om te spelen, te sporten en, heel belangrijk, om je te vervelen. 

En zo hebben ze hun “eigen taal”, hun “schooltaal” en “oma´s taal”. Al naar gelang de situatie schakelen ze moeiteloos over van de ene op de andere taal. Het dagelijks gebruik van drie verschillende talen is geheel vanzelfsprekend voor ze, ze kennen niet anders. Ik bewonder de capaciteit en flexibiliteit van hun hersentjes, en geniet ervan als ze proberen om me in het Nederlands te paaien. Ook midden in de nacht. “Hoe kan mij helpen? Omdat er is een mosquito in mijn kamer en ik weet niet hoe hem te killen. Ik wil wel slapen, maar die rotmosquito heeft mij gebitten, dus alsjeblieft?”. Zo klaar als een klontje. Met een glimlach je bed uit en op muggenjacht.
Februari 2015

9 opmerkingen:

  1. Wat leuk om dit te lezen! Wat lijkt het me heerlijk om zo meertalig op te groeien.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hier een grote glimlach! Toch ook wel herkenbaar hoor; alhoewel Nederlands bij ons de moedertaal is. Engels is schooltaal, maar is steeds meer en meer (vooral bij de jongste) fijner om je thuis ook in uit te drukken.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ohhh prachtig .... en jouw kinderen hebben een enorme voorsprong op heeel veel andere kinderen, 3 talen op zo'n jonge leeftijd, petje af hoor! Voor jullie alle vier :-) x

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Knap he, ik vind het nog steeds fantastisch om de moeiteloze omschakeling te horen bij ons thuis tussen Engels en Nederlands (met Engels accent en woordvolgorde). Ik vroeg me wel eens af hoe dat ging met 3 talen, nu weet ik het. Knappe bambinos, right?

    BeantwoordenVerwijderen
  5. :D zalig toch !?!
    Lang niet vanzelfsprekend ( voor de kinderen meer ), maar wat een rijkdom eigenlijk !

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Wij zaten in de zetel te grinniken met het laatste citaat... en tegelijk kwam het besef hoe wonderlijk flexibel de geest van die kinderen is. Mooi toch!

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Heerlijk om te lezen. Dat laatste stukje is echt grappig. En inderdaad, kinderbreintjes kunnen zoveel aan.

    BeantwoordenVerwijderen
  8. Als ze nu al zo flexibel omspringen met drie talen, zullen ze straks die vierde er ook als vanzelfsprekend bijnemen ! Om razendtrots op te zijn !

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Haha wat heerlijk om dit stukje te lezen! Zo moet het vroeger ook enigszins voor ons zijn geweest.

    BeantwoordenVerwijderen