maandag 17 november 2014

Dierenvriend

In geval van kakkerlakken wordt onverbiddelijk de spuitbus tevoorschijn gehaald. Muggen worden genadeloos doodgeslagen. Als we ze te pakken krijgen. Muizen en eekhoorns mogen in onze nabijheid vertoeven, zolang ze onze regels respecteren en op gepaste afstand van ons huis blijven. Papegaaien geven kleur aan de dag, maar kunnen oorverdovend hard krijsen. Soms krijsen we terug om ze af te schrikken. Doorgaans tevergeefs. Onze hond wordt met alle liefde en toewijding verzorgd, maar ik zou ons huishouden niettemin typeren als dier-neutraal. Want een dierenvriend, dat ben je niet zomaar. Daar moet je meer voor doen dan je hond goed verzorgen. Mijn zus, die haar hond met liefde en toewijding heel goed verzorgt, doet meer. Mijn zus is een dierenvriend.

De kruipers. Zus gaat doorgaans op de fiets naar haar werk. Een tochtje van 20 minuten, als je in rustig tempo zou doorfietsen. Zus doet er over het algemeen evenwel zo´n 50 minuten over. Ten eerste omdat de hond mee rent. En de hond wil graag her en der even ruiken, even snuffelen, even plassen. En dat mag allemaal van mijn zus. Ze staat rustig een half uur eerder op om haar hond de koers van de fietstocht te laten bepalen. De tweede oorzaak van de vertraging zijn de kruipers. En dan met name de naaktslakken. Die dikke slijmerige kruipers die worden vertrapt door grote mensen schoenen, waar door kinderhandjes met stokjes in wordt gepord en die geplet worden door fietsbanden. Maar niet door de fietsbanden van mijn zus. Als zij namelijk een naaktslak ziet die met gevaar voor eigen leven de stoep of het fietspad aan het oversteken is, zet zij haar fiets tegen een boom en helpt het beestje naar de overkant. Vervolgens mag de hond nog even snuffelen en vervolgt ze haar weg.

De zelfmoordspin. Zus nam een bad. Het bad was leeg toen ze de kraan aanzette en toen ze in bad ging liggen, zat er alleen water in. Maar opeens was daar een spinnetje. Hij kwam over de badrand aangelopen en sprong in het bad. Een spin kan niet zwemmen en zus schoot de spin direct te hulp. Het beest werd uit het water gevist en op een handdoekje op de badrand te drogen gezet. Terwijl even later het bad weer leegliep, sprong de spin tot grote ontsteltenis van mijn zus wederom het water in. En dreigde wederom te verdrinken. Opnieuw schoot mijn zus de spin te hulp. Ze droeg hem naar beneden en zette de spin op een papiertje in de vensterbank te drogen. Nu het bad niet meer in de buurt was, dacht zus dat de spin wel weer bij zou komen en zou herstellen van zijn natte avontuur. Niets was minder waar. Op de vensterbank stond een halfvol kopje koude koffie. En dat kopje koude koffie werd de spin uiteindelijk fataal. Hij sprong erin toen mijn zus niet in de buurt was en verdronk. Zus was er de rest van de avond goed beroerd van.

De muizen. Zus ontdekte dat er muizen huisden in haar kelder. Dat was niet de bedoeling. De muizen moesten de kelder uit. Zus kocht muisvriendelijke muizenvallen. De vallen werden in de kelder geplaatst en met een rein geweten ging ze slapen. Midden in de nacht werd ze wakker van een luide klik. De muizenval. Zus snelde naar beneden en vond inderdaad een muisje in de muisvriendelijke muizenval. Met bange kraaloogjes keek hij of zij haar aan. Zus trok haar schoenen aan en nam de val met muis onder de arm. Zo liep ze in het holst van de nacht naar de andere kant van de wijk – ver weg van haar eigen kelder - om daar op een rustig en groen plekje, het muisje los te laten. Tevreden liep zus vervolgens terug naar huis, zette de muisvriendelijke val terug in de kelder, trok haar schoenen weer uit en kroop haar bed in. Om twee uur later weer wakker te worden. Van een luide klik. De muizenval. Wederom snelde zus naar beneden. Weer een bang kraalogig muisje in de val. Zus trok haar schoenen aan en nam de val met muis onder de arm. Ze liep in het holst van de nacht naar de andere kant van de wijk om daar op een rustig en groen plekje, het muisje los te laten. Weer terug thuis, zette zus de muisvriendelijke val bovenop de keukenkast. Eerst slapen. De volgende dag zette zus de val weer in de kelder. Die nacht bleef het stil. De nacht erna hadden de muizen vrij spel. Zus was een weekendje weg en aangezien een muisvriendelijke muizenval met muis na een paar dagen in de kelder te hebben gestaan, niet zo vriendelijk meer is aangezien een bang muisje na een paar dagen zonder eten en drinken definitief de kraaloogjes sluit, ging de val weer op de keukenkast. De week erna klikte nog eenmaal de val, sindsdien is de kelder weer muisvrij.

Het poesje. Zus loopt ´s avonds voor het slapen gaan altijd nog een kort rondje met haar hond. De bedoeling is dat dat rondje kort is, zowel in afstand als in tijd. Net lang genoeg voor de avondplas. Die doelstelling wordt evenwel lang niet altijd gehaald. Want vaak komen ze onderweg Kroedeltje tegen. Een allerschattigst rood-wit poesje, dat dol is op zus en op zus´ hond, en vice versa. Kroedeltje vindt niets fijner dan uitgebreid op haar buikje te worden gekriebeld. Zodra ze zus en hond heeft gespot, komt ze dan ook hard aanrennen en loopt met ze mee, om vervolgens om de twee passen neer te ploffen, luis spinnend bedelend om even op haar buikje gekriebeld te worden. En zus kan daar geen weerstand aan bieden. Om de twee passen buigt ze zich dan ook over Kroedeltje heen en kriebelt op haar buikje. Dat ze daarmee zo een half uur nachtrust inlevert, is jammer, maar als Kroedeltje spint, krijgt Kroedel haar kriebels.     

De huisspin. Zus zag haar hond de oren spitsen. Er liep iets door de kamer. Zwart en snel. Een spin. Een grote, dikke, zwarte spin. Snel werd hond bij de halsband gegrepen. De hond zag de spin ongetwijfeld als een leuk speelobject, maar de spin zou het spel niet overleven. En dat moest niet gebeuren. De hond werd de kamer uit gedirigeerd en mijn zus haastte zich naar de keuken om een glas te pakken en een reclamefoldertje. Glas over spin, reclamefoldertje eronder, naar de tuin, waar de spin werd vrijgelaten. Voor ze hem losliet, bekeek mijn zus de spin uitvoerig en weer binnen ging ze uit nieuwsgierigheid op internet kijken wat voor spin ze te gast had gehad. Tot haar grote ontsteltenis bleek de grote, dikke, zwarte spin een huisspin te zijn. Weliswaar een grote en dikke, maar niettemin een huisspin. Dat ze zojuist een huisspin haar huis uit had gezet, was voor mijn zus een ondraaglijke gedachte. Ze pakte het glas en het reclamefoldertje, en haastte zich de tuin in. Twintig minuten lang zocht ze naar de huisspin die ze zo meedogenloos haar huis uit had gezet, bereid om hem of haar weer liefdevol binnen te laten. Ze kon de spin niet meer vinden. Een week later ontdekte haar hond opnieuw een grote, dikke, zwarte huisspin in de woonkamer. Het was niet dezelfde spin, deze had een iets smaller lijf en was een tintje lichter, aldus mijn zus. Maar huisspin twee mocht blijven waar hij was en woont sindsdien in een hoekje waar de hond niet bij kan.

Mijn zus. Dierenvriend, prachtmens.  

November 2014





5 opmerkingen:

  1. Ik ben nu al dol op je zus, wat een herkenning!
    X Es

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik denk dat ik mij niet tot de trouwe dierenvrienden kan rekenen ;-)

    BeantwoordenVerwijderen
  3. die muizen, dat zou ik ook doen, de kat kriebelen ook maar daar stopt het wel een beetje. Als ik in de tuin slakken zie, vis ik die uit mijn moestuin en voer die aan de kippen. Die slakken vreten anders mijn groenten op. En spinnen, daar kan ik kort over zijn: hoe doder, hoe beter!
    maar respect voor jouw zus zeg!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hahaha, ik krijg precies de kriebels van uw zus ;)
    Wat hartverwarmend om te lezen, al die dierenliefde. En wat een zus!

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Haha wat kun je toch fantastisch schrijven!! X

    BeantwoordenVerwijderen