maandag 26 mei 2014

woensdag 21 mei 2014

De derde man

Verbijsterd kijk ik naar het scherm. Mannen zijn ellendelingen. Behalve sommigen, natuurlijk. Of niet, wat weet ik nou eigenlijk. Vrouwen schijnen net zo erg te zijn, het wordt gezegd. Maar in mijn omgeving zijn het de mannen. Ik staar nog steeds naar het scherm maar zie niks meer. De tranen stromen over mijn wangen. 

Het lijkt gisteren, de dag dat ik haar vertelde wat één van mijn meest dierbare vriendinnen was aangedaan. Bedrogen en verlaten. Toen sloeg ze haar arm om me heen en samen voelden we zo intens mee dat het pijn deed. En vandaag lees ik haar bericht. Ze is verlaten door haar man. Hij keert haar en hun drie jonge dochtertjes de rug toe om een nieuw leven te beginnen met een jonge schone uit V., zijn collega in de tijd dat hij en zijn gezin hier woonden. 

Zij en ik leerden elkaar kennen vlak na onze aankomst in V. We werden elkaars steun en toeverlaat, deelden lief en leed, maakten plezier, hielpen elkaar uit de brand en vonden een manier om de werkelijkheid in V. te accepteren en er het beste van te maken. Afgelopen zomer zat hun tijd hier in V. er op en gingen ze terug naar huis. Ze was dolblij. Ze was hier niet omdat ze hier wilde zijn; ze was hier omdat ze achter haar man stond. Hij wilde graag een paar jaar naar het buitenland en zij ging met hem mee. 

Nog altijd staar ik geschokt naar het scherm. Ik lees en herlees. Ze wist niet dat je een zo scherpe, ondraaglijke pijn kon voelen. De man waarmee ze oud wilde worden, wil niet meer bij haar zijn. Drie jonge meisjes zien hun vader vertrekken. Hij wil zijn vrijheid terug, zegt hij. Dat hij geheel uit vrije wil is getrouwd en kinderen heeft gekregen, lijkt van geen belang. Hij wil zijn vrijheid terug, en gaat. Dat hij als man en vader verantwoordelijkheden heeft, lijkt van geen belang. Hij wil lusten zonder lasten, en vertrekt.

Zijn we beland in de leeftijd van de midlife crisis? Ik blader wat door de virtuele encyclopedie. `…Een midlifecrisis is een emotionele staat van twijfel en onrust. Een persoon voelt zich oncomfortabel worden bij de gewaarwording dat zijn of haar leven half voorbij is. Het leidt over het algemeen tot een bezinning en zelfreflectie op wat men heeft gedaan met zijn of haar leven tot dat moment. Vaak gaat het gepaard met gevoelens dat men niet genoeg heeft bereikt, in welke zin dan ook. Wie een midlifecrisis ervaart, klaagt vaak over verveling of afgestompt zijn met betrekking tot zijn baan, partner en sociale contacten. Iemand in een midlifecrisis pakt zijn problemen niet aan maar ontvlucht ze door zijn huidige leven te verlaten…` (Wikipedia

In minder dan een jaar tijd heb ik drie vrouwen van dichtbij door de hel zien gaan omdat hun man besloot zijn huidige leven te verlaten. De eerste man is inmiddels weer op aarde beland. Hij trekt zich de haren uit zijn hoofd en vraagt zich af hoe hij ooit zo stom heeft kunnen zijn. Hij ziet in dat hij zoveel moois en zoveel goeds op volstrekt respectloze wijze bij het grofvuil heeft gezet. Hij vraagt zich af of alles weer zo kan worden als vroeger. Maar de aangerichte schade is te groot, de wonden te diep, de pijn nog altijd te schrijnend. Vroeger komt nooit meer terug. De tweede man komt met horten en stoten van zijn midlife wolk afvallen. Man drie is er dus net pas opgesprongen. Overtuigd van zijn beslissing, rent hij gulzig zijn vermeende vrijheid tegemoet en vertrapt zoveel moois en zoveel goeds. En man vier? Ik hoop dat man vier, waar hij ook is, nog een keer heel goed nadenkt en dan beslist er voor te vechten. Voor zijn vrouw, voor zijn gezin, hun toekomst. Zodat man vier uiteindelijk man vier niet wordt.
Mei 2014   

vrijdag 16 mei 2014

Het wonder van de korte broek


Zoon vroeg om een korte broek. Een wonder. Hij kreeg een rollercoaster - de precieze lengte bepaalde hij zelf want je hebt kort en je hebt TE kort - nu twee maten groter dan de vorige. In hier ter plaatse gekochte chambray. Uiteraard met zwarte paspel, de nieuwe lievelingskleur.




vrijdag 9 mei 2014

Please, meet Peter


Maar eerst terug naar het begin. Naar Percy. De klasknuffel van dochter`s klas. Elke week mag hij met een kindje mee naar huis en aan de ouders dan de schone taak om een fotoverslag te maken van het enerverend samenzijn.

Meet Percy.


Onlangs ging Percy op reis, als troost mee met het klasgenootje wiens vader kort geleden bij een brute overval werd doodgeschoten. Aangezien er geen Percy meer in de winkel te vinden is, vroeg de juf mij een neefje van Percy te maken als nieuwe klasknuffel. Hij moest op Percy lijken maar mocht niet dezelfde kleur hebben. Ik kreeg klasknuffel Bobby van de parellelklas mee als voorbeeld.

Meet Bobby.


Dezelfde stretchy stof had ik niet in huis en dus is de vorm iets anders geworden, maar Peter is niettemin met open armen ontvangen. Dochter, niet op de hoogte van de herkomst van Peter, vertelde opgetogen over de nieuwe aanwinst. Op z`n Brits, uiteraard. "Mummy! Pùrsie is on holiday, but now we have Pietù!"

Meet Peter.



De klas kan weer knuffelen.

maandag 5 mei 2014

Strandvakantie

Twee weken paasvakantie. Het plan is Peru of Bolivia, maar de enige bestemming waar een vlucht naartoe geboekt kan worden, is Aruba. Was het Curacao geweest, of nog liever Bonaire, dan hadden we de buitensporig dure tickets wellicht overwogen. Bovendien betekent Aruba strandvakantie, en strand, dat hebben we in V. ook. En dus besluiten we de vakantie in eigen land door te brengen, op Isla de M. Gedurende de paasweek zie je er door de mensen het strand niet meer, en dus boeken we voor onze tweede vakantieweek, die voor vrijwel niemand meer vakantie is, een appartementje aan het strand op Isla de M. zonder toeristen. Een echte strandvakantie, dat is inmiddels jaren geleden. We gaan regelmatig een weekendje naar zee en op familiebezoek in Spanje worden er ook altijd wel wat ochtendjes op het strand doorgebracht, maar een echte strandvakantie, dat is andere koek. 

Eigenlijk hoef je niet meer mee te nemen dan een zwembroek, zonnebrand, pet, een handdoek en wat kleren, maar ons is verteld dat de schaarste op het eiland nog groter is dan in de stad en dus vertrekken we met een klein tasje kleren en een grote koffer vol pasta, rijst, brood, melk, jam en lekkers. Bij aankomst kopen we in een supermarkt wat flessen water, en kijken onze ogen uit. De supermarkt is groot, ruim, schoon en heeft ruime keus in produkten die we in de stad al maanden niet meer hebben gezien. We wanen ons in Europa en slaan in.

Het appartementencomplex is duidelijk niet van de laatste jaren, maar zeer goed onderhouden. De kinderen stormen het appartementje in en duiken joelend van opwinding op de slaapbank, waar man en ik pas na drie dagen met grote tegenzin op gaan zitten, omdat de keukenstoelen zo hard en recht zijn dat we uiteindelijk heel vies verkiezen boven heel hard. Het complex is van buiten duidelijk beter onderhouden dan van binnen. Maar we kijken uit op het strand, en zwembaden en strand gaan naadloos in elkaar over. Een kinderparadijs. Gewapend met emmertjes en schepjes, wit van de zonnebrandcreme, installeren de kinderen zich op het strand en beginnen aan hun eerste project, een reuzenschildpad van zand. Eveneens wit van de zonnebrandcreme, vlij ik me neer op een stoeltje onder het zonnescherm en pak mijn boek. Man zit naast me en verbaast zich over het gemak waarmee hij zijn werk uit zijn hoofd heeft kunnen zetten. We kijken elkaar loom en ontspannen aan en worden vervolgens tot de orde geroepen door twee opgetogen kinderen, die zwaaiend met schepjes vol zand voor ons staan en eisen dat we meehelpen. Er zit niks anders op dan in de branding te gaan zitten scheppen. Een half uur later, met zand in de zwembroek, zand in het haar en zand tussen de tanden, nemen we een duik in de onstuimige golven. Blij dat de kinderen eindelijk hun angst voor hoge golven kwijt zijn, betreuren we dit tegelijkertijd toch enigszins, aangezien de golven krachtig zijn en de stroming nog sterker, zodat kinderen onder geen beding zonder volwassene het water in kunnen. Na een half uur zand scheppen en drie kwartier golven springen, zit ik dan toch met mijn boek op schoot. Ik lach aanmoedigend naar mijn man, die enthousiast begonnen is aan project twee, een zandkasteel met kanonnen. 

`s Middags kijk ik trots naar mijn kinderen die zich in het zwembad als een vis in het water voelen. Ze zwemmen, duiken, dochter maakt ineens koprollen onder water. Mam, nou jij! Als ik proestend met een neus vol water weer bovenkom na een wat vreemde draai die in de verste verte niet op een koprol lijkt, vraag ik me af wanneer ik ben verworden van jonge meid tot vrouw op leeftijd die geen koprol onder water meer kan maken. Voordat ze aan de handstand onder water beginnen, zit ik weer veilig op mijn stoeltje in de schaduw. 

Man komt aanlopen, wit van de zonnebrandcreme, een oud versleten T-shirt aan, met zijn zwembroek die prima dienst doet voor het baantjeszwemmen op snelheid maar op het strand een laat ik zeggen ietwat misplaatste indruk maakt, zijn zonnehoed die je je voorstelt bij de typische luidruchtige, roodverbrande, bierdrinkende toerist, en op slippers. Ik heb nooit een vrouw willen zijn die de kledingstijl van haar man verandert en hem als een aapje in een pakje steekt dat bij haar maar niet noodzakelijkerwijs bij hem past. Nu ik hem zo zie lopen voel ik evenwel de neiging opkomen om aan te kondigen dat we eenmaal thuis toch echt eens werk moeten maken van zijn garderobe. Maar hij lacht naar me met zijn mooie bruine ogen terwijl zijn prachtige donkere krullen nog net onder zijn hoed vandaan komen. Zijn slanke Spaanse lijf buigt zich over mij heen, hij geeft me een liefdevolle zoen, en ik onderdruk de neiging en lach terug. 

Als de middag ten einde loopt, spoelen we het zout en chloor onder de buitendouche van de kinderlijfjes af en besluiten dat dat voldoende douche is: morgen worden ze toch weer vies. Na een paar dagen volgens dezelfde logica te hebben gehandeld, zit het haar van dochter zo vol klitten dat ik bang ben dat we die er nooit meer uitgekamd krijgen, maar het zout en chloor zorgt bij mijn piekhaar voor volume en krullen. Ik douche morgen wel. Bovendien hoeven we de deur niet meer uit. Het grote voordeel van een appartementje met keukentje is namelijk dat je na een dag vol zon en zee je kinderen niet meer in kleren hoeft te hijsen om ze mee te slepen naar een restaurant waar ze zich vervolgens door vermoeidheid hopeloos misdragen. In een hemdje en een broekje zitten ze tevreden op de vieze slaapbank een tekenfilmpje te kijken terwijl wij om beurten het eten opwarmen dat we bij aankomst hebben opgehaald bij een mevrouw die voor een klein prijsje heerlijk kookt en dat vervolgens ingevroren verkoopt. Gemak dient de mens.

Aan het einde van de tweede dag hebben beide kinderen al een prachtig kleurtje. Ze worden allebei schitterend donker kaneelbruin. Hoewel het voor de hand lijkt te liggen, hebben ze dat niet van hun Spaanse vader die eerder de neiging heeft om rood te worden. Ik word weliswaar niet rood, maar mijn geelbruine zomerkleur komt ook niet in de buurt van hun kaneelkleurtje. Ik krijg er geen genoeg van, kijken naar die soepele lijfjes, zo mooi. Om evenwel een zon, zee en strand overdosis te voorkomen, besluiten we het eiland te verkennen. We bezoeken forten, baaien, marktjes en kerken. Het is bloedheet. Zoon ziet een bowlingcentrum. Sinds hij twee maanden geleden een bowling-verjaardagsfeestje had, is hij een fervent bowlingfan. Dus gaat de familie bowlen. De volwassenen een baan en de kinderen een baan. Man en ik strijden fanatiek. Ik verlies en kan het eigenlijk niet hebben. Dochter houdt het na een kwartiertje voor gezien, waarna zoon dus drie kwartier lang alle beurten voor zijn rekening neemt en zwaar zwetend heen en weer holt met die toch best zware bowlingbal. Hij gooit werkelijk de ene strike na de andere en scoort meer punten dan zijn vader, die dat eigenlijk niet kan hebben. Aan het eind van de middag zijn de kinderen doodmoe en tegen beter weten in willen we nog één fort bezoeken. Om van het gezeur van de tegensputterende kinderen af te zijn, kopen we ze om met een ijsje en de belofte dat ze bij thuiskomt TV mogen kijken. We doen net alsof we het onszelf niet horen zeggen en schieten een familiekiekje. Zoon kijkt stikchagerijnig, dochter steekt haar tong uit, ik strijk net de haren uit mijn gezicht en heb dus een arm voor mijn hoofd en man kijkt stralend in de lens. Hij is dol op familiekiekjes. `s Avonds ben ik moe, maar lees toch nog een half boek. Als ik tijdens een strandvakantie niet lees, wanneer dan wel?!

De volgende ochtend maakt een surfleraar een praatje met zoon en treft doel: zoon wil surfles. Dat gaat hem goed af, hij peddelt, springt soepel omhoog en staand op het board zoeft hij op de golf mee de branding in. Hij vindt het zelf uiteindelijk niet zo`n succes omdat hij teveel zout water in zijn ogen krijgt. Man wil het echter ook wel eens proberen en ik voel dat ik niet achter kan blijven. Het enthousiasme van de kinderen bij het idee dat mama gaat surfen, doet me de knoop doorhakken. Wie wil nou geen coole mama zijn? Het lukt me zowaar om vier keer in een heel uur op het juiste moment en op de juiste manier vanuit ligstand soepel omhoog te springen en de juiste golf te pakken. Zoon springt juichend op en neer, maar uiteraard heeft man op dat moment het fototoestel niet in de aanslag. Aan het einde van de dag hebben we een foto van zoon staand op het surfboard in de golven met stoere blik, een soortgelijke foto van man - beide fotos met eindeloos geduld door mij genomen -, en een foto van mij, liggend op het board dat net met de punt in een golf verdwijnt, mijn ogen opgespert als een in doodsangst verkerende drenkeling, terwijl je een grote hoeveelheid zout water in mijn eveneens opgesperde mond ziet verdwijnen. `s Avonds staan de blaren op mijn buik en dijen, maar de goedgeprogrammeerde aanmoedigingen en vlijerijen van de gebruinde en gespierde surfleraar doen me de overige 3 dagen stug doorsurfen en ik doe net alsof ik de spectaculaire vorderingen van man niet opmerk. Ik maak uiteraard geen fotos meer. 

Na een week is het tijd om naar huis te gaan. We hebben veel zandkastelen gebouwd, heel veel golven gesprongen, eindeloos in het zwembad gezwommen, heel veel schelpen gezocht, het eiland verkend, heerlijk vis en gefrituurde banaan gegeten op het strand, gesurfd en anderhalf boek gelezen. We zijn bruin geworden, zijn nodig toe aan een goeie douche en een nieuwe garderobe. Zoon heeft kunnen bowlen en we hebben spectaculaire vakantiekiekjes. We gingen op strandvakantie, en het was heerlijk.
Mei 2014